Openbaar Ministerie mag medische gegevens gebruiken in strafonderzoek

Het medisch verschoningsrecht van onder meer artsen is niet absoluut. Onlangs heeft de Hoge Raad nogmaals bevestigd dat een huisartsenpost in bepaalde gevallen geen beroep mag doen op het medisch verschoningsrecht.

In deze zaak gaat het om een driejarige jongen die in maart vorig jaar is overleden. Na sectie op het lichaam van de jongen werd letsel aangetroffen dat op kindermishandeling zou kunnen duiden. De moeder van de jongen alsmede haar partner werden aangehouden op verdenking van moord, danwel doodslag of zware mishandeling met de dood tot gevolg.

 

In het kader van het onderzoek zijn medische gegevens in beslag genomen, onder meer geluidsbanden met daarop telefoongesprekken van de verdachten met medewerkers van de huisartsenpost. De moeder gaf toestemming voor het beluisteren van de gesprekken, de huisartsenpost niet. Zij vroeg de rechter om teruggave van de informatie, met een beroep op het medisch verschoningsrecht.

 

Het belang dat de waarheid aan het licht komt kan in uitzonderlijke gevallen zwaarder wegen dan het verschoningsrecht. De inbreuk op het verschoningsrecht mag niet verder gaan dan strikt noodzakelijk is. De rechtbank overwoog dat in dit geval sprake was van zodanige uitzonderlijke omstandigheden dat aan de huisartsenpost geen beroep op het medisch verschoningsrecht toekwam. De rechtbank heeft hierbij onder meer overwogen dat het gaat om de verdenking van een zwaar geweldmisdrijf tegen een kind. Daarnaast is slechts een beperkt aantal gegevens in beslag genomen die meer duidelijkheid kunnen geven over de omstandigheden die hebben geleid tot de dood van de jongen. De betreffende gegevens konden bovendien niet op een andere manier worden verkregen.

 

De Hoge Raad heeft de overwegingen van de rechtbank gevolgd. De huisartsenpost stelde zich op het standpunt dat het verschoningsrecht ten onrechte is doorbroken, namelijk op basis van de toestemming van de moeder. Haar instemming was echter maar één van de factoren die volgens de Hoge Raad meespeelden. Niet de toestemming van de moeder, maar de uitzonderlijke omstandigheden rond het sterfgeval hebben de doorslag gegeven.

 

De gehele uitspraak kunt u hier nalezen.