Gevolgen van een strafbeschikking
Het openbaar ministerie kan sinds 2008 voor een aantal strafbare feiten zelf een straf opleggen, de strafbeschikking. De oplegging van deze straf gebeurt zonder tussenkomst van een rechter.
De strafbeschikking heeft, ondanks dat er geen rechter aan te pas komt, wel gevolgen voor het verkrijgen van een verklaring omtrent gedrag (VOG) en het strafblad.
De strafbeschikking is een voorstel van de officier van justitie aan een verdachte. De verdachte kan er voor kiezen om met de strafbeschikking akkoord te gaan of om in verzet te gaan tegen de beschikking. Als een verdachte voor dit laatste kiest dan legt de officier van justitie de zaak alsnog voor aan een rechter.
Als er akkoord wordt gegaan met een strafbeschikking wordt dit, in beginsel, net als zaken die zijn behandeld door de rechter, geregistreerd op het strafblad.
De strafbeschikking kan daardoor gevolgen hebben voor het verkrijgen van een VOG. Dit hangt af van de functie waar de VOG voor wordt aangevraagd en het strafbare feit waarvoor de strafbeschikking is uitgevaardigd. Valt men door het strafbare feit in een bepaald risicoprofiel dan kan het zo zijn dat er voor een aantal jaar geen VOG wordt verstrekt. Dit kan derhalve grote gevolgen hebben.
Zoals gezegd kan het ook zo zijn dat u het niet eens bent met de strafbeschikking.
U kunt van mening zijn dat u niet schuldig bent aan het feit maar u kunt bijvoorbeeld ook de straf te hoog vinden. Er moet dan binnen 14 dagen verzet worden aangetekend. Wordt dit niet, of te laat, gedaan dan staat de straf van de strafbeschikking vast.
De strafrechter gaat naar aanleiding van het verzet opnieuw naar de zaak kijken en alles opnieuw afwegen. Anders dan bij de strafbeschikking neemt de strafrechter ook de persoonlijke omstandigheden mee in zijn afweging en dit kan weer van invloed zijn op de strafmaat.
Anneline Nieuwenhuijse
27 januari 2016